Balanceren tegen blessures
Gelukkig is het hele Nederlandse dames volleybalteam, dat momenteel een belangrijk toernooi speelt in Ankara, fit. Blessures kunnen de dames tijdens het toernooi vanzelfsprekend niet gebruiken. Bij toernooiwinst ligt namelijk deelname aan de Olympische Spelen in Rio de Janeiro te wachten. Treedt er een blessure op bij een van de concurrenten, dan is dat heel jammer voor hen. Maar zelf willen de dames natuurlijk maar wat graag ongeschonden blijven. De vraag is hoe reëel dit is tijdens een toernooi.
Heel reëel als je een recent Noors rapport in de British Journal of Sports Medicine mag geloven. Daarin werd onderzocht hoe vaak welke blessures tijdens belangrijke toernooien op het hoogste volleybalniveau voorkwamen de afgelopen jaren. Het aantal blessures bleek met 11 blessures per 1000 speeluren erg mee te vallen. Het vaakst traden blessures aan de enkel, knie, rug en vingers op. De enkel- en vingerklachten ontstonden vaak in een rally bij blokken van de bal of verstappen. De knie- en rugklachten slopen er veel vaker geleidelijk in. Het type blessure dat werd opgelopen hing ook af van wat de functie was in het veld. Zo had de libero, de meest verdedigende speelster, het vaakst een vingerblessure, terwijl libero-enkels bijna nooit verzwikten.
“Geloof niet alles wat je leest” geldt ook voor volleybalblessurerapporten. 4 jaar geleden liep ik als teamarts van de Nederlandse volleybaldames in dezelfde sporthal als waar deze week het Olympisch kwalificatietoernooi plaatsvindt. In die rol werd duidelijk dat er toch geregeld blessures optreden. Het ging dan met name om overbelastingsklachten. En die lijken logisch gezien het harde trainen en het zware programma. In de topsport bestaat er altijd spanning tussen wat een lichaam qua belasting aan kan en hoeveel belasting de sporter in werkelijkheid te verduren krijgt. De juiste balans hierin vinden is de enorme uitdaging.
Daarom is het een topprestatie van speelsters, fysiotherapeut, teamarts, krachttrainer en coaches dat alle speelsters fit in Ankara zijn aangeland om een toptoernooi neer te zetten, terwijl er zo hard is gewerkt in de voorbereiding. Nu nog het winnen van de halve en hele finale en een ticket voor Rio is binnen. Daarna volgt opnieuw een nieuw prachtig project met als doel keihard te trainen en messcherp, maar toch weer zonder kleerscheuren in Rio aan te landen. Als dat lukt doet het team zichzelf een afgemeten set-up cadeau.