Hoe herkent de specialist een springersknie?
Lichamelijk onderzoek
Vaak is het verhaal in combinatie met lichamelijk onderzoek genoeg om de diagnose springersknie te stellen. Er bestaat dan drukpijn op de patellapees die voor mensen herkenbaar is als de klacht. Toch is het soms voor mensen niet duidelijk of ze de drukpijn herkennen als herkenbaar of zit de klacht voor hun gevoel niet op een plek en kunnen ze de locatie van de klacht daarmee moeilijk duiden. In zulke gevallen is aanvullend onderzoek te overwegen.
Aanvullend onderzoek
Röntgenfoto
Wanneer na het verhaal van iemand met klachten en het lichamelijk onderzoek nog niet duidelijk is wat er speelt of er wordt vermoed dat er ergens anders in de knie een oorzaak bestaat voor de springersknie, dan is aanvullend onderzoek vaak nuttig. Er wordt dan geregeld een foto gemaakt die onder andere beoordeelt of er sprake is van (beginnende) slijtage als reden van de springersknie.
Echo
Met een echo kan gericht en nauwkeurig de patellapees in kaart worden gebracht, waarbij gekeken wordt of en in hoeverre de pees daadwerkelijk is beschadigd.
MRI
Een MRI kan het aspect van de patellapees minder goed in beeld brengen dan een echo, maar is beter in de andere structuren van de knie te laten zien zoals het kraakbeen en de meniscus. Soms is beschadiging hiervan namelijk een reden om klachten van de patellapees te krijgen.